Multinational Battlegroup in Roemenië: samen sterk én paraat!
In een wereld die steeds complexer wordt, is internationale samenwerking essentiëler dan ooit. Na de agressie van Rusland in Oekraïne – eerst in 2014, daarna in 2022 – richtte de NAVO ter ontrading verschillende Multinational Battlegroups op aan de oostflank van Europa, waaronder in Roemenië. Door troepen uit verschillende landen samen te brengen, versterken we niet alleen onze collectieve veiligheid, maar ook onze interoperabiliteit.
Roemeense Puma-helikopters openen het vuur met hun boordkanon, Franse Leclerc-tanks scheuren over het terrein en Belgische militairen van het Bataljon Carabiniers Prins Boudewijn – Grenadiers (1C/1Gr) ondersteunen de andere troepen door middel van mortiervuur… Een indrukwekkende demo in Cincu, Roemenië, toont de capaciteiten en potentiële kracht van een NAVO-Multinational Battlegroup op het terrein.
Twee belangrijke missies
Frankrijk leidt de Battlegroup in Roemenië en versterkt deze met een Belgische en binnenkort ook een Spaanse interwapencompagnie. Sinds juni 2024 levert voornamelijk het infanteriebataljon 1C/1Gr uit Leopoldsburg deze bijdrage, aangevuld met een peloton van het 11 Bataljon Genie en elementen van het Bataljon Artillerie, het 23 Medische Bataljon, de 10 Groep Communicatie- en Informatiesystemen en de Militaire Politie. Het 18 Bataljon Logistiek verzorgt het logistieke luik.
Volgens de commandant van de Battlegroup, de Franse Kolonel Jean Michelin, heeft de multinationale eenheid twee belangrijke missies: “De eerste is om potentiële agressie af te schrikken als onderdeel van de maatregelen om de defensieve houding aan de oostflank van het Atlantisch Bondgenootschap te versterken. De tweede is om permanent klaar te staan om over te schakelen op een defensieve houding in het geval van agressie op het grondgebied van het bondgenootschap, en in het bijzonder hier in Roemenië.”
Elk land brengt eigen capaciteiten
De aard van de eenheden bepaalt hun opdracht in de NAVO-missie. Zo bestaat het Franse contingent uit een zware, gemechaniseerde infanterie-eenheid en is de Belgische interwapencompagnie een lichte infanterie-eenheid.
“Beide eenheden hebben verschillende capaciteiten in het veld, maar het is net die complementaire aard die het bataljon sterker maakt”, gaat Kolonel Michelin verder. “Het voordeel van het multinationale aspect binnen het bataljon is dat de afschrikkingspositie van de Alliantie wordt versterkt. We tonen namelijk dat we met verschillende naties kunnen samenwerken, ook op tactisch niveau.”
Integratie in Franse Battle Group
Frankrijk is naast de aanvoerder van de Battlegroup, ook de partner van België in het Capacité Motorisée (CaMo)-project: een strategisch partnerschap tussen beide landen met als doel de gemotoriseerde capaciteiten beter op elkaar af te stemmen. Een samenwerking die ook in Roemenië terug te vinden is.
“Door de integratie van de Belgische interwapencompagnie en stafofficieren in een Frans geleide Battlegroup, streven we naar een niveau van samenwerking op het gebied van doctrine en operationele werkzaamheden dat vergelijkbaar is met een Belgische Battlegroup of compagnie”, verduidelijkt Luitenant-kolonel Van Dyck, Senior National Representative van het Belgische detachement en korpscommandant van 1C/1Gr.
“Door hier gedurende een lange periode samen te werken, leren we elkaar beter kennen en vinden we oplossingen voor uitdagingen, zoals de taalbarrière of nog niet-afgestemde informaticasystemen. Na vier maanden durven we eigenlijk zeggen dat we volledig zijn geïntegreerd in de Battlegroup. Dat is uiteindelijk de geest van CaMo.”
Laatste wapenfeit voor terugkeer
Voor het Belgische detachement markeerde deze multinationale demo het laatste wapenfeit van hun inzet in Roemenië. “De rotatie is goed verlopen. We zijn erin geslaagd ons op vier maanden op te werken tot het niveau waar we nu staan, dus we kunnen in schoonheid eindigen”, sluit Luitenant-kolonel Van Dyck trots af.
De Belgische militairen worden binnenkort afgelost door hun collega’s van het Bataljon 12/13 Linie.