De Marine rondt eerste opleiding tot Marinefuseliers af

De allereerste Marinefuseliers hebben zojuist hun opleiding aan de Navy Academy afgerond, na zeven weken intensieve vorming. Met deze mijlpaal versterkt de Marine haar capaciteit om operaties op en rond het water uit te voeren.

 

De ‘MarFus’ – officieel het Regiment Marinefuseliers – zijn gespecialiseerd in havenbescherming, boardingoperaties en de beveiliging van schepen, zowel in België als in het buitenland. Ze opereren zowel aan land als op zee, en versterken de maritieme slagkracht van Defensie. Door deel te nemen aan nationale en internationale opdrachten voldoet de eenheid aan de toenemende vraag naar maritieme veiligheid binnen de NAVO-context.

 

Een veeleisende opleiding

 

De Gespecialiseerde Professionele Opleiding (GPO) was fysiek en mentaal een zware beproeving. Het begon met schiettesten, gevolgd door een week Close Range Techniques (CRT), gericht op gevechten op korte afstand, dwangtechnieken en gesimuleerde oefeningen. Halverwege volgde de gevreesde MOUT-week (Military Operations in Urban Terrain): eerst in gebouwen, daarna aan boord van een schip.

 

“Toen ik, tijdens een oefening, een kamer binnenging om indringers te lokaliseren, werd ik plotseling fysiek aangevallen. Dat deed me beseffen hoe snel en onvoorspelbaar zo’n confrontatie kan zijn”, vertelt Matroos Axel.

 

Nadien volgden nachtelijke droppings, oefeningen op terreinverdediging en fysieke proeven zoals zwemmen in gevechtsuitrusting en een cross door de duinen in volledige uitrusting. Elke deelnemer werd tot het uiterste gedreven.

 

Verdere training en specialisatie

 

De opleiding aan de Navy Academy is slechts een begin. Binnen de operationele eenheid blijven de Marinefuseliers hun training voortzetten en zich verder specialiseren. Tegelijkertijd nemen ze deel aan de opleiding van nieuwe rekruten. Deze combinatie van individuele vooruitgang en kennisoverdracht is cruciaal voor de toekomst van het regiment.

 

De ambities zijn duidelijk: tegen 2030 willen we 80 actieve leden en een operationeel squadron bereiken. Tegen 2040 moet dit doorgroeien tot 250 actieve MarFus, 250 reservisten en drie volledig operationele squadrons.

Marie Bruggeman

Jorn Urbain