Geboren in ‘geef acht’: kapitein Coppola
“Als kind had ik al het beeld van de militair als infanterist. De overstap naar de infanterie was voor mij een logische keuze.” Kapitein Coppola (Bataljon 12/13 Linie) is 32 jaar jong maar boordevol ervaring, en is vandaag detachementscommandant van de Belgische troepen die deel uitmaken van de NAVO Forward Land Forces in Litouwen. Bij een kopje koffie ontmoetten we de man aan het roer, die de komende zes maanden deel zal uitmaken van een multinationale troepenmacht.
Hij is een man die niet altijd veel praat. Kalm en zen. Gefocust op het werk. Wie aan dé militair denkt, ziet in kapitein Coppola een schoolvoorbeeld van discipline.
Verliest u die focus wel eens?
“Van nature ben ik altijd kalm en zen geweest, en er zijn weinig dingen die me uit mijn slof doen schieten. Werk gerelateerd durf ik wel eens boos te worden wanneer mensen niet willen samenwerken of zich ‘beter’ of ‘meer’ inschatten dan anderen. Samenwerking is essentieel voor mij. We hebben alles en iedereen nodig om een missie tot een goed einde te brengen.”
“In die zin is deze opdracht een persoonlijke uitdaging voor mij: het managen en leiden van 200 mensen uit verschillende eenheden die niet altijd dezelfde gewoontes, principes of militaire discipline hebben.”
De militaire discipline werd u van jongs af bijgebracht?
“Mijn vader was bij de artillerie en ik heb deels zijn voorbeeld gevolgd. In 2011 ging ik naar de Koninklijke Militaire School. Het was een logische keuze, maar niet echt een gemakkelijke. De plotse breuk met de ‘gewone’ burgerwereld is groot. Je ziet ook al je vrienden naar universiteiten en hogescholen gaan en een vrij studentenleven leiden, terwijl je zelf ondergedompeld wordt in een compleet ander regime. Aan de andere kant ben ik altijd een gedisciplineerd persoon geweest, van jongs af aan. Dankzij mijn opvoeding, vermoed ik.”
U startte in 2016 aan de infanterieschool. Was het een vrije keuze?
“Natuurlijk. Ik heb ‘militair zijn’ altijd gelinkt aan de infanterie. Ik denk ook dat veel mensen zich een typische infanterist inbeelden als ze zich een militair voor de geest halen. De opleiding was soms enorm zwaar, maar die verhalen houd ik liever voor mezelf (lacht).”
Wat vindt u zo fijn aan dit werk?
“Ik hou van het tactische aspect; het opstellen en uitvoeren van oefeningen en het sturen van een hele compagnie. Tijdens deze opdracht zal ik niet alleen leidinggeven aan de infanterietroepen, maar ook samenwerken met de genietroepen, de artillerie, de specialisten in communicatie- en informatiesystemen en de medische en logistieke steun. Ik denk niet dat er veel compagniecommandanten zijn die zo’n verantwoordelijkheid krijgen en ik vind het dan ook een grote eer.”
Wat is goed leiderschap voor u? Zet u in op een persoonlijke band?
“De beste manier om je voor te stellen aan een nieuw team is gewoonweg bewijzen dat je in staat bent om je werk te doen. Ik herinner me de eerste grote oefening die ik deed met mijn eenheid, de 12/13 Li. Dat was in 2017 in Sissone, Frankrijk, in het Centre d’entraînement aux actions en zone urbaine (CENZUB). Ons bataljon trainde daar met onze Franse zustereenheid, het 1 er Régiment de Tirailleurs (1er RTir). Het was een grootschalige oefening met aanzienlijke middelen. Ik herinner me nog goed hoe ik in het diepe werd gegooid. Ik kende mijn peloton pas drie dagen en had geen tijd gehad om mezelf voor te stellen of kennis te maken. De orders werden onder mijn neus geschoven en ik moest meteen aan de slag. Onmiddellijk beginnen met een defensief scenario! Die oefening is me sindsdien altijd bijgebleven.”
We nemen vol vertrouwen onze laatste slok koffie. De kapitein stáát er. Geboren in de houding van ‘geef acht’ en klaar om de komende zes maanden de leiding te nemen over het Belgische detachement NAVO-troepen in Litouwen. Veel succes, kapitein! May the Forward Land Forces be with you!