Asgard Falcon: Belgische piloten vliegen de toekomst tegemoet in Noorwegen
Tussen de Noordzee en de Noorse bergen vertrekken en landen jachtvliegtuigen aan de lopende band. Zo’n 10 Belgische F-16’s uit Kleine-Brogel en Florennes trainen er van 2 tot 31 mei intensief samen met Noorse F-35’s in en rond Ørland tijdens de oefening Asgard Falcon. “Zowel de samenwerking als de grote beschikbaarheid van het luchtruim zijn voor ons heel interessant”, zegt Majoor-Vlieger ‘Gunny’ Vandeputte.
De Noorse fjorden zijn niet alleen impressionant op zichzelf, maar worden nog imposanter wanneer verschillende F-16’s er moeiteloos door navigeren. Aan hun zijde enkele Noorse F-35’s, de nieuwe generatie gevechtsvliegtuigen die ook België heeft aangekocht en die de komende jaren onze huidige toestellen zullen vervangen. Het 31ste Smaldeel en het 349ste Smaldeel van de 10de Tactische Wing uit Kleine-Brogel nemen de eerste twee trainingsweken voor hun rekening. Daarna is het de beurt aan de operationele smaldelen van de 2de Tactische Wing uit Florennes.
4de en 5de generatie
De focus van Asgard Falcon ligt dan ook op de integratie van de Belgische F-16’s met de Noorse gevechtsvliegtuigen. Dagelijks vliegen de twee partnerlanden een gezamenlijke missie, waarbij ze een uitgebreid scenario plannen en uitvoeren. Na afloop analyseren ze zorgvuldig alle aspecten van de vlucht en onderzoeken beide landen hoe ze hun aanpak in de toekomst kunnen verbeteren.
“De bedoeling is dat we gebruikmaken van de capaciteiten van een F-35, een vijfde generatie vliegplatform die in staat is om met een hogere dreiging te werken”, vertelt de Belgische detachementscommandant van de oefening, Majoor-Vlieger ‘Gunny’ Vandeputte. “Zo leren we enerzijds wat het toestel kan uitvoeren én leren wij anderzijds wat we met onze F-16, een vierde generatie, ook nog kunnen betekenen. Beide toestellen hebben positieve elementen, die we met elkaar willen combineren om tot een zo goed mogelijk eindresultaat te komen.”
Compatibele systemen maken krachtig
België en Noorwegen hebben een lange geschiedenis van samenwerken: beide landen trainden jarenlang samen met hun F-16’s. Niet alleen via de wapenschool, maar ook door het partnerschap van de NAVO, benadrukt Kolonel Tesli, basiscommandant van de Ørland Vliegbasis.
“Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat onze systemen ook nu samenwerken. Dat maakt ons veel krachtiger. We moeten alle capaciteiten van onze vliegtuigen kunnen benutten, zodat we ook in tijden van crisis en oorlog eruit kunnen halen wat we nodig hebben.”
Optimale trainingszone
Naast de operationele smaldelen van Kleine-Brogel en Florennes, geniet ook het trainingssmaldeel Operational Conversion Unit (OCU) van de unieke trainingslocatie. Het grote luchtruim boven de zee laat de piloten toe uitgebreid hun tactieken te trainen.
“De missie die we nu gaan simuleren is gericht op de training van een leerling F-16 piloot. Samen met een andere F-16 zal de leerling de confrontatie aangaan met twee andere F-16’s die de vijand simuleren. Op deze manier wordt de leerling blootgesteld aan verschillende technieken en tactieken en kunnen wij analyseren hoe hij daarop reageert”, vertelt piloot-instructeur Gino. Hij benadrukt: “De training hier in Noorwegen stelt ons in staat om de F-16 tot zijn uiterste grenzen te testen, wat essentieel is voor een kwaliteitsvolle opleiding.”
Een blik op de toekomst voor België
De eerste Belgische F-35 voerde deze week zijn allereerste vlucht uit bij Lockheed Martin in Amerika. Het toestel moet nu verder afgeleverd worden aan de Belgische piloten die in de Luke Air Force Base in Phoenix, Arizona, aanwezig zijn om de training te starten. In de loop van volgend jaar worden de eerste toestellen in Florennes verwacht.