Gefocust blijven op het eindobjectief!

De vakantieperiode is over het algemeen een wat kalmere periode in de eenheden en stafdepartementen. Ze laat iedereen toe om zich te herbronnen op zijn of haar manier – ik hoop tenminste dat dat het geval was voor de meesten onder jullie. Ondertussen heeft de wereld echter niet stilgestaan en de actualiteit van deze zomer was zeer divers – en niet altijd in positieve zin.

 

Ook al hebben we kunnen “genieten” van het zeer mooie weer in België, zijn we er ons waarschijnlijk toch met z’n allen van bewust dat we uitzonderlijke tijden beleven.  Een snelle ronde van de wereld laat ons toe vast te stellen dat de zomer op heel veel plaatsen en in elk werelddeel uitzonderlijk, ja zelfs extreem was. Dat “onuitgegeven” karakter heeft zich trouwens getoond op verschillende manieren: opgetekende recordtemperaturen of –neerslaghoeveelheden; een stijgend aantal bosbranden; de droogte die over de hele wereld spectaculair toeslaat, ook daar waar men zich er het minst aan verwacht. Wanneer de uitzondering de regel lijkt te worden, trekt de mogelijke impact van die fenomenen op veiligheid onze aandacht. Zo hoef je geen waarzegger te zijn om de effecten in te schatten van droogte op de landbouw, een sector die van vitaal belang is voor vele volkeren in de wereld. Kleinere of zelfs volledig verloren gegane oogsten zullen een dramatische impact hebben op de economische en humanitaire toestand in sommige streken. Dat kan belangrijke neveneffecten hebben op migratiestromen en op sociale onrust, die nu al erg voelbaar is in kwetsbare gebieden. Sommigen zijn van mening – waarschijnlijk niet ten onrechte – dat de beschikbaarheid van en de toegang tot water de bronnen zullen zijn van de crisissen en zelfs de conflicten van morgen.

 

In dit verband was het absoluut noodzakelijk om het probleem van de export van graangewassen uit Oekraïne te deblokkeren en op te lossen. Het initiatief onder auspiciën van de Verenigde Naties om een structuur, procedures en middelen uit te werken voor de uitvoer van miljoenen tonnen graangewassen uit de Oekraïense havens, biedt een meer dan welgekomen sprankel hoop om de humanitaire en veiligheid gerelateerde risico’s te milderen in Afrika en in Azië, de meest blootgestelde continenten. Het Russisch-Oekraïense conflict duurt ondertussen al méér dan zes maanden. De volgende weken zouden moeten toelaten om zich een duidelijker beeld te vormen over de mogelijke afloop. De uitputtingsoorlog waarvan we nu getuige zijn geweest en de recente Oekraïense bijzonder effectieve tegenoffensieven zullen nog evolueren en zeer waarschijnlijk naar een situatie van stilstand in de herfst of aan het begin van de winter. De capaciteit van de oorlogvoerende partijen om in de winter hun strijdkrachten te versterken en te herconditioneren, met steun van de westerse landen voor wat Oekraïne betreft, zal bepalend zijn voor het hernemen en het voortzetten van het conflict. De duur van de energiecrisis die we momenteel in Europa kennen, zal er ook van afhangen.

 

De actualiteit in het Verre Oosten is jammer genoeg niet leuker en het risico van ontsporing in het(de) meningsverschil(len) tussen Chinese, Amerikaanse en Taiwanese autoriteiten over het statuut van het eiland en de zee-engte die dezelfde naam draagt, is zeker reëel.  De inzet is enorm, al was het maar in het licht van de Taiwanese industriële capaciteit op het vlak van de productie van halfgeleiders. Deze industriële sector is zeer ontwikkeld in Taiwan en geeft het land quasi een monopolie in de wereld. Hij is van cruciaal belang voor alle spitstechnologie in de wereld en men kan makkelijk begrijpen dat hij de afgunst opwekt van veel landen, en van de grootmachten in het bijzonder.

 

Deze opeenstapeling van crisissen en hun mediatisering, die gevoed wordt door talrijke experten, historici, academici en andere analisten, wekken vraagtekens en onrust op bij de bevolking en in onze omgeving. De hemel is somber en momenteel zijn er maar weinig opklaringen zichtbaar aan de horizon. Dit veroorzaakt veel onzekerheid, die moeilijk te verteren valt omwille van de zenuwachtigheid en de angst die erdoor gecreëerd worden. Tegen deze achtergrond zal de menselijke factor een vooraanstaande, ja zelfs een bepalende rol spelen.

 

Dat is zeer duidelijk in het Oekraïense conflict waarin militairen, deels gedemotiveerd door de duur en de context van hun ontplooiing en door de wankele leiderschapsstijl van hun chefs, geconfronteerd worden met tegenstand die veel gemotiveerder is en beter geleid wordt. De essentiële rol van de menselijke factor zal zich zonder twijfel ook manifesteren bij de bevolking, waarvan de veerkracht danig op de proef zal gesteld worden. Misschien in Rusland, waar de steun aan het regime zou kunnen versterkt worden als gevolg van het herwinnen van nationale trots of – net het tegenovergestelde – zou kunnen wegsmelten ten gevolge van de effecten van de westerse sancties tegen hun leiders of ten gevolge van de getuigenissen uit het operatietoneel. Misschien in de Europese landen, waar de neveneffecten van de oorlog zich vertalen in exploderende energieprijzen, die op hun beurt op sociaal vlak al voor flink wat gespannen zenuwen zorgen. Tot waar en tot wanneer zullen deze volkeren en hun leiders volhouden? De veerkracht van de partijen zal onmiskenbaar een impact hebben op de afloop van het conflict.

 

De menselijke factor, dat is ook een bijzonder complexe arbeidsmarkt die alle lagen van de samenleving raakt alsook alle economische sectoren, zowel publieke als private. Dat is ook een jonge generatie die zoekt naar zingeving in het leven, zowel op professioneel als persoonlijk vlak, en die dus de bewuste keuze maakt om oriëntaties te wijzigen en van werkgever te veranderen. Het is een generatie die niet automatisch bereid is om de offers te brengen die de voorgaande generatie(s) normaal vond(en). Deze moeilijke en onzekere omgeving zal een impact hebben op ieder van ons, in functie van zijn of haar privésituatie, maar ook van zijn of haar professionele situatie in de schoot van de eenheid. Onzekerheden moeten worden opgevangen, op het vlak van zeer hoge verplaatsingskosten, moeilijkheden om de eindjes aan elkaar te knopen, te snel wijzigende activiteitenprogramma’s, verlengde, geannuleerde of niet-voorziene operationele ontplooiingen, enz. Al deze factoren zullen de druk niet verminderen op onze organisatie, waarop steeds meer een beroep gedaan wordt als strategische reserve. En nochtans…

 

En nochtans, zonder de uitkomst van al deze crisissen te kennen weten we waar we naartoe willen en moeten gaan tegen 2030. Samen met onze bondgenoten van de Europese Unie en de NAVO hebben we onszelf de taak gegeven om goed uitgeruste en getrainde strijdkrachten uit te bouwen. Strijdkrachten die met de gepaste middelen ondersteund worden, die in staat zijn om een tegenstander te bekampen in hoge-intensiteitsconflicten in alle operationele domeinen.  Deze ambitieuze doelstelling is ook de onze en het STAR-plan alsook de wet op de militaire programmatie zetten ons op weg. Indien er één onzekerheid is die we kunnen wegnemen, dan is het wel die. En zoals elke onderneming in woelige tijden, zullen we ons moeten focussen op de kern van ons beroep, door het overbodige en niet-noodzakelijke te laten vallen. Net zoals de schipper van een zeilboot die zijn eindbestemming heeft gekozen, zullen de koers en de aanleghavens afhangen van de windrichting en kracht, de stroming, averij en van de bemanning. Hij zal echter gefocust blijven op zijn doel. Of we nu pessimistisch, optimistisch of realistisch zijn over de actualiteit, laat ons geconcentreerd blijven op ons doel, zonder ons teveel te laten afleiden door het onvoorziene, door tegenstand of tegenslagen, die we daarentegen moeten beschouwen als gelegenheden om onze veerkracht te testen en te versterken, en zo vooruitgang te maken en te groeien.