Het hyperbaar centrum van het militair hospitaal, een unieke dienst in België

Op enkele gangen van de spoedafdeling en het brandwondencentrum van het Militair Hospitaal Koningin Astrid bevindt zich het Centrum voor Hyperbare Zuurstoftherapie. Hoewel hij niet zo bekend is als de andere eenheden van het ziekenhuis, biedt deze dienst, die al dertig jaar deel uitmaakt van de Polikliniek, een unieke behandelingsmogelijkheid in België, werkt hij mee aan de Hulp aan de Natie en neemt hij deel aan onderzoek.

 

De patiënten van de dag betreden de hyperbare kamer, die eruitziet als een metro rijtuig, en nemen plaats op een van de stoelen. De deur sluit en de druk in de kamer begint. Dan nemen de paramedici het over en zetten een zuurstofmasker op hun gezicht. Gedurende het volgende anderhalf uur blijven de patiënten daar zitten en inhaleren ze grote hoeveelheden zuivere zuurstof in een omgeving met superatmosferische druk. Dit dient om de normale of zelfs supranormale zuurstofdruk te herstellen in weefsels die daar anders gebrek aan zouden hebben.

 

“Hyperbare zuurstoftherapie (HBOT) is in België weinig bekend, in tegenstelling tot ons buurlanden. Sommige Belgische ziekenhuizen beschikken wel over een hyperbare kamer, maar al te vaak wordt het reële potentieel ervan om diverse redenen nog niet benut,” verklaart dokter luitenant-kolonel Peter Germonpré, medisch directeur van het centrum. “Deze behandeling is nochtans zeer nuttig voor militaire pathologie, zoals bij oorlogsverwondingen, zware trauma’s of duikongevallen. De klinische en technische expterise die nodig is om onze militaire patiënten te helpen, als die er zijn, wordt tegelijkertijd gebruikt om de natie te helpen, omdat dit soort behandeling niet beschikbaar is in de civiele sector”, vervolgt hij.

 

Elk jaar ontvangt het centrum ongeveer 600 patiënten, meestal burgers, voor gemiddeld 6.000 behandelingen. Zij kunnen tot zestien patiënten per sessie behandelen dankzij hun kamer met meerdere zitplaatsen, die door de directeur wordt omschreven als “een ultramoderne installatie, die ondanks haar leeftijd nog steeds een van de modernste in Europa is”. Deze multifunctionele capaciteit en het feit dat het centrum over toegewijd medisch en technisch personeel beschikt, zijn de belangrijkste troeven en maken het centrum tot het referentiecentrum in België. Maar, “de grootste uitdaging blijft om chronische en spoedeisende behandelingen te kunnen combineren. Want we moeten elke dag patiënten behandelen met vaste tijdslots en ook de intensieve (spoed)patiënten moeten afgewisseld kunnen worden.”

 

Steun voor de natie en onderzoek

 

Naast de curatieve activiteiten neemt het personeel van het Centrum actief deel aan verschillende Europese multicenter studies die zich richten op de waarde van bepaalde HBOT-indicaties, maar ook op de veiligheid van hyperbare installaties. Daarnaast zijn ze ook betrokken bij klinisch onderzoek, meer bepaald bij een studie over de aanhoudende symptomen van COVID-19. Een ander voorbeeld van haar meerwaarde: na de aanslagen in Brussel in 2016 werd een hyperbare behandeling gebruikt om sommige slachtoffers te helpen herstellen.

 

Het centrum vervult een expertiserol op het gebied van decompressieongevallen (die zich kunnen voordoen bij diepzeeduiken, maar ook op hoogte, bijvoorbeeld bij parachutespringen op zeer grote hoogte of accidentele decompressie van de cabine van een vliegtuig). Daarnaast neemt ze ook deel aan de aanwerving van militair personeel, door het uitvoeren van een compressietest in de hyperbare kamer voor kandidaat-duikers en -piloten.

 

Zich bewust van het specifieke medische belang dat dit therapeutisch middel met zich meebrengt en van het gebrek aan de ontwikkeling ervan, zijn er samenwerkingsstudies voorgesteld met de naburige strijdkrachten en de NAVO, alsook met de andere hyperbare centra in België en in Europa. Het Militair Hospitaal moet in de nabije toekomst officieel erkend worden als referentiepunt voor alle soorten hyperbare behandelingen.

Jacques-Emmanuel De Boeck

Adrien Muylaert

Mathieu Duhembre