Zomer 2022: grote droogte vergt extreme voorzichtigheid

De zomer van 2022 zal de geschiedenisboeken ingaan als eentje van extreme hitte en grote droogte. Voor Defensie betekende dit ook extra opletten geblazen om het risico op bosbranden zo klein mogelijk te houden. De grote militaire oefenterreinen moesten constant goed gemonitord worden en tegelijkertijd moest de natuur zo goed mogelijk bewaard blijven. Hoe werd dit aangepakt?

 

Schietverbod

 

Zowel in Vlaanderen als in Wallonië wordt er steeds gewerkt met kleurencodes. Commandant Bouton van het Bataljon Artillerie in Brasschaat legt uit: “Na de brand in Brecht vorig jaar hebben we een aantal zaken verfijnd. We volgen dagelijks het brandstadium, op samen met de brandweer. Van zodra er brandstadium geel afgekondigd wordt, zijn er heel wat beperkingen op de schietenoefeningen. Het gebruik van artillerie- en spoortrekkende munitie wordt onmiddellijk verboden. Het gebruik van pyrotechnische- en blank munitie tijdens tactische trainingen wordt eveneens aan banden gelegd. Enkel bij code groen laten we nog toe dat er blank patronen worden gebruikt.”

 

“De brandweer adviseert ons op basis van haar kennis van het terrein en aan de hand van informatie van de EFFIS (European Forest Fire Information System), het Europees programma dat de brandgevoeligheid van de omgeving in kaart brengt. Systematisch wordt voor het strengste advies gekozen om zeker geen onnodige risico’s te nemen,” verduidelijkt commandant Bouton.

 

Controle en patrouilles

 

Tijdens de droogte deze zomer waren er ook heel wat patrouilles op de schietvelden. “De controletoren op het schietveld wordt bij code rood elke dag 7/7, van 10 tot 18 uur bemand. Zo ontdekken en observeren we brandjes op onze terreinen én de omliggende terreinen. Samen met de brandtoren van de Kalmthoutse heide voerden we kruispeilingen in drie richtingen uit om op die manier de brandweer vlotter naar een beginnende brand te kunnen begeleiden,” vertelt commandant Bouton.

 

Ook in Wallonië, in Kamp Lagland en Kamp Elsenborn bijvoorbeeld, waar delen natuurgebied in de militaire domeinen liggen, nam Defensie een resem maatregelen.

 

In kamp Lagland in Aarlen werden onder andere de bivakken tot een minimum beperkt. “We riskeren niet dat er brand zou ontstaan door een gasbrander of door aanmaakblokjes. Dit wordt constant gemonitord,” stelt collega-commandant Gérard.

 

De kampen zijn zelf verantwoordelijk voor de beslissingen die ze nemen in functie van de lokale situatie. “We kijken wat mogelijk is in functie van wat ons wordt opgelegd door de provincie en het militair commando, én natuurlijk de realiteit op het terrein. Het personeel van het kamp oordeelt hier mee over. Dat kan de verschillen verklaren tussen de verschillende kampen in Wallonië,” aldus commandant Gérard.

 

De meteorologische situatie wordt, zoals in de andere Kampen in Wallonië, door Kamp Elsenborn dagelijks opgevolgd in samenwerking met het ‘Département de la Nature et des Forêts’. Deze zomer nam het zelfs preventiemaatregelen nog voor de politie die aanbeval en hielden ze alle brandbestrijdingsmiddelen (brandweer en watertanks) permanent klaar in de velden. Naast het schietverbod kwam ook het verbod voor burgers om te wandelen in specifieke gebieden.

 

Preventie en natuurbehoud

 

Ook de natuur wordt niet vergeten. In het kamp in Aarlen zijn er bijvoorbeeld zones waar nooit militaire oefeningen in gebeuren omdat het veiligheidszones zijn. Dat is natuurgebied waar de vrije natuur extra bescherming geniet.

 

Commandant Bouton verduidelijkt: “Heel concreet nemen we nog enkele specifieke maatregelen, zoals in Brasschaat. Daar hebben we de brandwegen breder gemaakt. De wegen die het schietveld doorkruisen werden links en rechts vier meter breed gemaaid en er werd volop gewerkt aan het verwijderen van jonge boompjes. Dit om brandbare massa weg te nemen.”

 

Daarnaast werden alle schietstanden met lichte bewapening voorzien van een kogelvanger. Dat is een zandheuvel van een paar meter hoog die zich achter de schijven bevindt en waarin alle kogels opgevangen worden. “Hierdoor komt er nog maar een minimum van de schoten in de heide terecht. Tenslotte is er een grote zone geplagd, een procedé waarbij de bovenste laag van de heide wordt afgeschraapt om zo nieuw heidelandschap te creëren,” besluit de commandant.

 

Al deze elementen dragen bij tot het natuurbehoud en uiteraard tot de veiligheid van iedereen op het Belgisch grondgebied.

Bilitis Nijs

Erwin Ceuppens