Belgen opnieuw ontplooid in Democratische Republiek Congo

Op vraag van de Congolese regering zal vanaf het voorjaar 2022 een Belgisch detachement opnieuw steun verlenen aan de Democratische Republiek. De opdracht zal plaatsvinden in Kindu, in het oosten van het land, en in de hoofdstad Kinshasa.

 

Gewapende conflicten in verschillende delen van de Democratische Republiek Congo laten een spoor van vernielingen en slachtoffers achter. Ruim 5 miljoen Congolezen zijn op de vlucht en het land vangt ook meer dan een half miljoen vluchtelingen uit buurlanden op (Burundi, Centraal-Afrikaanse Republiek en Zuid-Soedan). Reken daarbij een zorgsysteem dat antwoord moet bieden aan een ebola-uitbraak en terreurgroepen die steeds meer voeten aan grond krijgen.

 

In oktober 2021 vroeg de Congolese regering om steun van Belgische troepen. In positief antwoord daarop zullen zowel in Kindu als in Kinshasa Belgische militairen in 2022 gaan bijdragen aan de stabiliteit in het land. De stabiliteit in de regio is van groot belang, zowel voor de Congolezen als voor ons eigen land: instabiliteit op het Afrikaanse continent heeft een invloed op onze veiligheid (terrorisme) en economie (piraterij).

 

Special Operations Regiment in Kindu

 

De Congolese overheid vraagt om militaire expertise op het vlak van oriëntatietechnieken, medische noodhulp op het terrein (tactical combat casualty care) en technieken in het opsporen en uitschakelen van geïmproviseerde explosieven (counter-IED). De Belgische steun zal plaatsvinden vanuit kamp Lwama in Kindu. Militairen van de 31e Brigade Reaction Rapide worden er opgeleid om een antwoord te bieden aan de terroristische groeperingen. De laatste jaren kampt de brigade echter met moeilijkheden. Er is gebrek aan gevechts-, logistiek en medisch materiaal en vooral vorming.

 

In het voorjaar van 2022 zullen daarom een 25-tal Belgische militairen van het Special Operations Regiment intrekken in kamp Lwama en een Train The Trainer opleiding geven aan de Congolese militairen van de 31e Brigade. De eerste vier weken daarvan zullen de militairen opgeleid worden tot expert in hun vakgebied. De acht daaropvolgende weken geven de nieuwbakken experts hun kennis door aan elkaar. Daarbij worden ze intensief gecoacht door de Belgische instructeurs. Het is de bedoeling dat elke instructeur van de 31e Brigade na drie maanden een brede basisvorming heeft en quasi overal inzetbaar is.

 

In september zal een nieuw detachement een vervolg breien aan de opleiding. Tijdens deze fase, Coach The Trainer, zullen drie bataljons opgeleid worden. De opleiding ligt dan helemaal in handen van de Congolezen, maar zal vanaf de zijlijn ondersteund worden door de Belgen.

 

Alles gebeurt in samenspraak en coördinatie met het gastland. Het uiteindelijke doel is de Congolezen veerkrachtig te maken zodat ze zelfstandig weerstand kunnen bieden aan de conflicten in hun land.

 

Twee officieren in de officierenschool in Kinshasa

 

In het voorjaar van 2022 zullen twee Belgische hoger officieren naar de École de Commandement et d’État-Major (ECEM) in Kinshasa trekken. De school biedt Congolese officieren een voortgezette vorming, waar ze leren leiding te geven aan een bataljon of zelfs een brigade. Ze leren er, onder andere, hoe ze medische steun moeten organiseren voor een eenheid, maar doen ook ervaring op op het vlak van civiel-militaire samenwerking en het uiteenzetten van praktische oefeningen op het terrein.

 

Samen met het vorige Belgische detachement stippelde de school een erg realistische oefening uit in de grensregio met Rwanda en Oeganda, waar de fronten nu vurig geworden zijn. Het toekomstige detachement zal daarop verder bouwen.

 

De Belgische officieren in Kinshasa maken geen deel uit van een grotere opdracht maar worden ondergedompeld in het reilen en zeilen van de school. Hierbij wordt samengewerkt met zowel de professoren als de stagairs van de ECEM én de lokale bevolking, met Congolees militair materiaal.

 

VN-missie MONUSCO: één officier

 

In het hoofdkwartier van MONUSCO, de vredes- en stabilisatiemissie van de Verenigde Naties, zal er telkens één Belgische officier deelnemen aan de missie. Wie de positie inneemt, zal linken leggen met de lokale autoriteiten en bijdragen aan het opstellen van veiligheidsstrategieën.

 

Kerlijn Puttemans

Defensie