Ter gelegenheid van het internationale salon Euronaval in Parijs, een wereldwijde ontmoetingsplaats voor toekomstige marinetechnologieën, hebben Frankrijk, België en Nederland overeenstemming bereikt over een samenwerking ter bevordering van synergieën en wederzijdse voordelen op het gebied van nationale mijnenbestrijdingscapaciteiten.  Doel is de doeltreffendheid van hun respectieve programma’s te vergroten en de interoperabiliteit van hun nationale mijnbestrijdingssystemen te verbeteren.

Dit akkoord werd op 18 oktober geformaliseerd tijdens een bijeenkomst tussen vertegenwoordigers van het Directoraat-Generaal Bewapening (DGA), het Directoraat-Generaal Material Resources (DG MR) en de Nederlandse Defensie Materieel Organisatie (DMO), respectievelijk de Ingenieur-Generaal Bewapening (IGA) Gaël de Tuesta, Luitenant-Generaal Frédéric Goetynck en Vice-Admiraal Arie Jan De Waard.

Frankrijk bevestigde met name zijn besluit om bij het ontwerp van de Franse MCM-schepen uit te gaan van het ontwerp van het Belgisch-Nederlandse bi-nationale rMCM-programma. De naties delen dus de doelstellingen van het maximaliseren van ontwerpgemeenschappen om mogelijkheden te creëren voor specifieke gezamenlijke in-service ondersteuning en andere gezamenlijke activiteiten in verband met MCM-capaciteiten.

De Franse schepen zullen naar verwachting in 2023 worden besteld, met een leveringsdatum die nog wordt besproken, als onderdeel van het SLAM-F-programma. De rMCM-schepen van de Belgische marine en de Koninklijke Marine worden naar verwachting vanaf eind 2024 geleverd. De eerste zal de BNS Oostende zijn, geleverd in Zeebrugge. De leveringen zullen dan worden gespreid tot 2030.

Voortbouwend op de 30-jarige samenwerking van de mijnenjagers van de Tripartiete klasse, bevestigen Frankrijk, België en Nederland nu hun verbintenis om hun integratie en doeltreffendheid bij de bestrijding van mijnen te vergroten. Zij erkennen ook dat samenwerking op dit gebied meer dan ooit noodzakelijk blijft om de uitdagingen van morgen aan te gaan en de Europese defensievermogens te versterken.