Grootschalige reddingsoefening op de Noordzee
“Aandacht, hier de commandant van patrouilleschip POLLUX. We zijn met ons schip in aanvaring gekomen met een windmolen. Het schip heeft ernstige schade opgelopen maar kan nog op zelfstandige basis verder varen. Er bevinden zich verschillende gewonden aan boord en drenkelingen op zee. De nooddiensten zijn gealarmeerd. Probeer uw kalmte te bewaren.”
Gelukkig was dit geen realiteit maar slechts het scenario van een grootschalige reddingsoefening die afgelopen maandag, 16 mei 2022, plaats vond op de Noordzee.
Met deze oefening wilde het Maritime Rescue Coordination Center, gebaseerd in Oostende, haar procedures voor de coördinatie en organisatie van reddingsopdrachten bij grootschalige ongevallen op zee uittesten en verbeteren waar nodig. Bovendien was deze oefening de ideale gelegenheid om verschillende nationale en internationale Search and Rescue (SAR) partners te laten samen werken.
Naast de medewerking voor het opstellen van het uitdagende scenario was onze Belgische Defensie bij deze oefening betrokken met twee NH-90 NFH reddingshelikopters van de basis Koksijde, het patrouilleschip Pollux van de Marine en een tiental personeelsleden van basis Koksijde in de rol van slachtoffer aan boord en op zee.
“Het zal druk zijn vandaag voor de Search And Rescue diensten. Het scenario speelt zich af op twee verschillende locaties op zee en dan bestaat er ook nog kans op reële reddingsopdrachten,” zegt commandant vlieger Alain “Rocky”. Rocky is officier operaties in het rescue center van basis Koksijde en voormalig Alouette III-piloot bij het 40 Smaldeel.
Omstreeks 9u.20 hebben de figuranten hun plaats aan boord ingenomen en liggen de duikers van het 40ste als drenkeling in zee. Een tiental minuten later zien we in de verte de eerste reddingshelikopter, een Belgische NH-90 NFH van basis Koksijde, de eerste drenkelingen uit het water halen. Enkele minuten later hangt er een tweede toestel boven het achterdek van het patrouilleschip Pollux om de redder-duiker en SAR-verpleegkundige op het schip te winchen. Terwijl de verpleegkundige de toestand van de slachtoffers aan boord bepaalt zorgt de redder-duiker dat de stretchers en medische apparatuur vanuit de reddingshelikopter aan boord worden neergelaten.
De reddingsboten Brandaris en Sirius zijn ondertussen ook ter plaatse gekomen. Terwijl de Brandaris meezoekt naar drenkelingen op zee zorgt het vaartuig Sirius, volgestouwd met hoogtechnologische apparatuur voor de coördinatie tussen de verschillende reddingsploegen ter plaatse.
“Omdat wij alle moderne communicatieapparatuur aan boord hebben, nemen wij in de meeste gevallen de coördinatie van een reddingsoperatie op ons,” zegt luitenant-ter-zee Nicolas, commandant van het patrouilleschip Pollux. “Maar aangezien we vandaag meespelen in het scenario is dat niet mogelijk en wordt de coördinatie ter plaatse overgenomen door één van de aanwezige reddingsschepen.”
Na het inschatten van de ernst van de verwondingen, het aanduiden van de medische prioriteit en het toedienen van de eerste zorgen overleggen de verpleegkundige en redder-duiker welk slachtoffer aan welke helikopter of schip meegegeven zal worden. Beide reddingshelikopters vliegen af en aan tussen het achterdek van het patrouilleschip en de kust. De slachtoffers worden met de meeste zorg en professionalisme aan boord gewincht.
“Einde helikopterrol voor het achterdek. Hiermee eindigt de oefening voor het schip. We varen nu terug richting de Thorntonbank om te kijken of alle dummies (poppen die gebruikt worden om drenkelingen te simuleren) uit het water gehaald zijn,” klinkt er door de luidsprekers op het achterdek.
Na enkele zoekbeurten in de buurt van het windmolenpark en het opvissen van de laatste dummies heerst er opnieuw rust aan boord van het schip. “Zoekopdracht beëindigd, einde opdracht voor Pollux. Terug richting marinebasis Zeebrugge,” besluit de commandant.