Iron Wolf Litouwen: vier stafofficieren aan het woord
De voorbije drie weken namen Belgische militairen deel aan de multinationale NAVO-oefening Iron Wolf in Litouwen. De apotheose vond plaats van 14 tot 21 oktober, toen zo’n 1.200 NAVO-militairen en meer dan 100 tanks, infanterie-, pantser-, bevoorradings- en commandovoertuigen deelnamen aan deze oefening op bataljonsniveau. Het resultaat? Knallende Duitse Leopard 2 tanks, Belgische infanteristen die aan een sneltempo een dorp overmeesteren, Nederlandse CV90-voertuigen die grommend over het modderige terrein razen, Noorse quads op verkenning, … Kortom: vuur, kracht, storm, zon en weinig slaap.
Achter de schermen, diep in het woud, in hun tentjes of commandovoertuigen met hun kop koffie, trokken de stafofficieren vanuit de commandopost aan de touwtjes van de fictieve veldslag. Op gesprek met vier Belgische officieren die tijdens deze Iron Wolf-oefening in de multinationale stafdienst aan het werk waren.
Majoor Sébastien Bozard (Bataljon 12/13 Linie) – Planning en coördinatie van de oefening
De man die de belangrijkste puzzelstukken legt is majoor Bozard. Hij is het die, onder bevel van de Duitse commandant van de Battlegroup en in samenwerking met hem, het hele manoeuvre in kaart brengt. “Na de vijandelijke aanval voerden we een tegenaanval uit om een deel van het terrein te heroveren dat onze Litouwse collega’s hadden opgegeven. Om dat te doen stelde ik het actieplan op en legde ik de puzzelstukken in elkaar met behulp van de informatie die ik kreeg van mijn collega’s van de inlichtingendienst, de genie en de artillerie. Het is een steeds terugkerend spel van aanval en verdediging. Een oefening als deze op bataljonsniveau vereist veel coördinatie vóór de uitvoering, maar ook veel actie en reactie tijdens de uitvoering.”
Sébastien werkt eveneens in een multinationaal kader. “We werken niet allemaal op dezelfde manier. Iedereen moet soms water bij de wijn doen om tot oplossingen te komen.”
Het zijn lange dagen voor hem. “Ik slaap gemiddeld vier uur per dag en er zijn geen pauzes. Of ik luister naar de info die over de radio komt en volg de acties op, of ik ben bezig met het plannen van de volgende actie.”
“Wat me bijblijft? Op een gegeven moment hadden we één uur om de volgende actie te plannen. Elke cel moest me een specialist sturen (uit de cel inlichtingen, genie en artillerie) om me te helpen. Het lot besliste en plots bleven we over met vier Belgen. Mooi om te zien hoe vier Belgen in zeer korte tijd een nauwgezette actie wisten te bedenken.”
Hamza (4e Bataljon Genie) – Raadgever military engineering (MILENG)
Majoor Bozard mag dan een perfect plan hebben bedacht, maar als de tanks de rivieren niet kunnen oversteken, als de vrachtwagens niet onder een brug door kunnen of als de infanteristen op een mijnenveld botsen, loopt de hele actie mis. Hamza houdt de vinger aan de pols en gaat na of het plan haalbaar is. Als MILENG-raadgever bestudeert hij het terrein en de middelen die beschikbaar zijn voor de genie.
“De gevechtsgenie geeft bewegingsvrijheid aan de andere gevechtseenheden. We breken door obstakels heen of creëren er om het de vijand moeilijk te maken. De mogelijkheden van de genie eindigen waar de verbeelding van de pelotonscommandant eindigt!” Hamza denkt mee over de meest opportune plaats om de eenheden te positioneren. “Soms moet ik de majoor teleurstellen en hem zeggen dat dit of dat idee niet zal werken of dat de uitvoer trager zal verlopen omdat er mijnen liggen.”
Vanuit de commandopost houdt Hamza overzicht over de gevechtsgenie verderop in het terrein. Dat zijn zo’n 120-tal Belgische, Duitse, Nederlandse en Noorse militairen. “Ik moet niet alleen de beschikbare middelen van België kennen, maar ook alle details van de partnerlanden. En onze aanpak verschilt: wij blokkeren sneller routes door bomen te kappen en prikkeldraad te installeren, andere naties kiezen eerder voor mijnen.”
Van het viertal heeft Hamza het minst reguliere ritme. “We werken in shiften van 24 uur. Ja, het zijn lange dagen. Men zegt wel eens dat militairen twee slechte gewoontes aanleren tijdens hun carrière: overmatig koffiedrinken en roken. Ik rook niet, dus ik moet wel veel koffiedrinken”, zegt hij lachend.
Laurent (Bataljon 12/13 Linie) – Inlichtingen
Een 007 in een modern jasje. De cel waar Laurent werkt, verzamelt inlichtingen van militairen op het terrein en van de drones die er rondvliegen, broodnodige info voor majoor Bozard. De multinationale cel draait de klok rond dankzij twee ploegen van twee personen die elkaar elke acht uur aflossen. Een van hen is de link met de troepen op het terrein en luistert continu naar de info die via de radio binnenkomt. Hij of zij zet alles uit op een kaart. De andere persoon is de link met de hogere echelons: hij of zij verzamelt alle informatie in een overzicht dat elke twee uur naar de hogere brigade wordt gestuurd. “We analyseren de plannen en de situatie van de vijand zodat de commandant erop kan inspelen. Elke minieme fout die we maken kan enorme gevolgen hebben.” Een droom voor iemand als Laurent, met zijn neus voor geschiedenis, actualiteit en details.
Een oefening op bataljonsniveau kost tijd en veel koffie. “Je verliest je hele ritme in zo’n felverlichte tent. Soms zit je gewoon te wachten en te babbelen. Dan weer valt de commandopost plots onder vuur, moet je al je hebben en houden verhuizen, de commandopost terug opstarten en zo snel mogelijk over de juiste gegevens beschikken en rapporten uitsturen. Kortom, de continuïteit van de operaties verzekeren!”
Voor Laurent was het de eerste keer dat hij aan zo’n oefening deelnam. “Ik heb vooral grote ogen getrokken toen ik zag hoe groot en mobiel de hele commandopost was. Ik vond het ook de moeite waard om te zien hoe de Litouwers hun camouflagetechnieken toepassen. Die inzichten neem ik zeker mee naar huis.”
Davy (Bataljon Artillerie) – Planning en coördinatie van vuursteunmiddelen
Davy coördineert zowel de luchtsteun als de artilleriestukken en de mortieren op de grond. Hij is eveneens een van de informatiebronnen van majoor Bozard. “Hij stelt het plan op voor de infanterietroepen. Wij controleren dan of ons plan werkt en geven zo nodig advies om het te laten kloppen”, legt hij uit.
Als artillerie-expert wisselt Davy ook kennis en ervaring uit met Laurent. “We maken samen de analyse van de vijandelijke vuursteunmiddelen. En alle info die ik van Laurent krijg over de vijand, gebruik ik in mijn actieplan.”
Hij kijkt ook altijd nauwgezet mee wanneer Hamza zijn plannen uiteenzet. “Tijdens een defensieve actie werken de artillerie- en geniesteun nauw samen. We combineren vuursteun en obstakels om de vijand zo efficiënt mogelijk uit te schakelen.”
De cel is eveneens multinationaal: Belgen, Duitsers, Nederlanders en Noren werken er in een shiftensysteem. “Ik slaap gemiddeld vier tot zes uur per dag. Bij een nieuw order word ik wakker gemaakt en ga ik aan de slag. We werken overigens erg goed samen. Artilleurs zijn het gewend om met allerlei nationaliteiten samen te werken.”
Teamwork
De vier Belgische officieren blijven nog tot eind januari in Litouwen. Onder de noemer van de Forward Land Forces en als onderdeel van de multinationale NATO enhanced Forward Presence Battlegroup, helpen ze de stabiliteit van NAVO’s oostflank te verzekeren. Dat doen ze samen met hun bondgenoten uit Duitsland, Luxemburg, Nederland, Noorwegen en Tsjechië.