Nieuwjaarstoespraak van de Chef van Defensie
Madame la Ministre, Messieurs les Généraux, Amiraux, Autorités militaires et civiles dans vos grades, titres et qualités, mesdames, messieurs, chers amis et invités, in naam van Defensie… aan iedereen… van harte welkom op deze nieuwjaarsreceptie.
Cela fait entretemps trois ans que nous nous sommes réunis dans cette magnifique salle du Cercle Gaulois, au cœur de notre capitale. C’est mon prédécesseur, le Général Compernol, qui nous avait alors accueillis et, c’est enfoncer une porte ouverte que de déclarer que le monde a depuis lors fondamentalement changé.
Defensie zat de laatste drie jaren inderdaad niet stil. Onze militairen en burgers hebben zich dag in dag uit ingezet in België, voor de beveiliging van het luchtruim, van de kerncentrales, op en boven de Noordzee, of voor ontmijningsoperaties, … Activiteiten die zelden het avondjournaal halen maar een onmisbare bijdrage aan de veiligheid van onze samenleving leveren. De inzet van Defensie werd alom gewaardeerd, tijdens COVID, maar ook tijdens de overstromingen in de zomer van 2021 waar de militairen meer dan hun steentje hebben bijgedragen.
In het buitenland werden honderden militairen in diverse EU, NATO of andere internationale operaties ontplooid om de Belgische belangen en die van onze partners te verdedigen. Niet in het minst na de activatie van de NATO Response Force ten gevolge van de Russische invasie van Oekraïne. Het detachement als onderdeel van het NATO Spearhead bataljon in Roemenië, onze F16’s in de Baltische staten, de NARCIS, onze mijnenjager, die een maritieme NATO-aanwezigheid in de Middellandse Zee verzekerde en de talrijke Belgische militairen ontplooid in internationale eenheden of hoofdkwartieren hebben de reactiviteit en het professionalisme van onze krijgsmacht kunnen aantonen. Ook in 2023 gaan de operaties onverminderd verder met later dit jaar opnieuw een duizendtal militairen ontplooid in verschillende theaters. Dit geldt trouwens ook voor onze trainingsactiviteiten.
L’invasion militaire de l’Ukraine par la Russie, le 24 février 2022, a provoqué une véritable onde de choc au sein de la communauté internationale. Les atrocités perpétrées à Boutcha, Mariopol, ou très récemment à Dnipro et dans bien d’autres villes et villages d’Ukraine nous ont rappelé les plus sombres pages de l’histoire de notre continent. Soudain nos valeurs, nos libertés, notre mode de vie sont menacés. Pratiquement un an après le début de ce conflit la Russie reste très éloignée de ses objectifs stratégiques, mais attention, elle se prépare clairement pour un conflit de longue durée. L’Alliance atlantique et l’Union européenne n’ont jamais été aussi solidaires et complémentaires dans leurs soutiens à l’Ukraine, mais leur cohésion reste la cible de la machine de guerre hybride russe. Les Ukrainiens n’ont jamais été aussi déterminés pour reconquérir leur territoire. Saluons-les d’ailleurs, pour leur courage et leurs sacrifices jour après jour.
Hoe dit conflict in 2023 zal evolueren, weet ik niet. De komende maanden zijn cruciaal. Ik leef met de overtuiging dat de slaagkansen van Oekraïne met de aanhoudende steun die verleden week in Ramstein werd beloofd, zal vergroten. Ondanks de ernstige gevolgen die wij allemaal ondervinden zal Defensie, samen met de westerse partners, deze inspanning, deze steun onverminderd verderzetten en zelfs versnellen. Het is onze morele plicht, niet alleen tegenover de Oekraïense bevolking maar ook omdat de veiligheid van alle burgers op het Europese continent op het spel staat.
Laat ons met veel nederigheid erkennen dat de pijnlijke offers die Oekraïne dag na dag levert op het slagveld ons toelaten om tijd te kopen. Het conflict heeft de Westerse wereld inderdaad een spiegel voorgehouden en het beeld dat we daarin zagen was niet fraai. Het conflict heeft de vinger gelegd op de talrijke grote leemtes in onze Defensieorganisatie. Jarenlange desinvestering in de Westerse strijdkrachten, niet alleen in ons land, hebben gemaakt dat wij, Defensie, niet staan waar we zouden moeten en willen staan.
Gelukkig is de herstelbeweging ingezet. Met de lopende transformatie hebben we de hoognodige acties in gang gezet om onze organisatie effectiever te maken. Het Readiness Plan geeft onze paraatheid wat zuurstof en het groeitraject van het STAR-plan en de daarbij horende militaire programmeringswet zetten verder de bakens uit voor de Defensie van de toekomst, met aandacht voor coherentie en effectiviteit maar eveneens met de nadruk op het personeel. De capacitaire opbouw van onze strijdkrachten is de uitdaging waarmee wij dag in dag uit geconfronteerd worden. Maar het streefdoel is duidelijk: een moderne en flexibele organisatie met het nodige materieel én de nodige mensen om samen met onze Europese en trans-Atlantische partners de uitdagingen van de 21e eeuw aan te kunnen.
Comme vous l’avez déjà souligné lors de vos interventions, Mme la Ministre, ce plan STAR (Security/Service – Technology – Ambition – Resilience) est une étape dans un processus de longue haleine. La Défense reste un département qui a besoin d’une vision sur le long terme, stable mais suffisamment agile pour s’adapter à l’évolution de l’environnement et aux défis qui en découlent. Le changement climatique, la compétition pour les ressources, les courants migratoires, la crise de l’énergie ainsi que les tensions géopolitiques sont autant de tendances qui auront tôt ou tard un impact important sur notre sécurité. Nous entamons dès aujourd’hui la réflexion stratégique, en ne regardant pas uniquement vers 2030 mais déjà vers 2040.
Je ne bouderai toutefois ni mon plaisir ni ma satisfaction envers le travail accompli en 2022, et la transformation se poursuivra inexorablement en 2023, dans le contexte international très tendu que nous connaissons.
La transformation sera cette année aussi très tangible et visible. La livraison du dernier avion de transport A400M belge, les camions DAF, la mise à l’eau du BNS OOSTENDE, la “livraison” du premier F35 belge à Forth Worth aux Etats-Unis, les LTTV et les efforts constants dans la rénovation ou le renouvellement de nos infrastructures en sont quelques exemples.
In afwachting van het nieuwe hoofdkwartier willen we de werking van de Defensiestaf verbeteren, door de transversaliteit en interne coördinatie te optimaliseren. Het invoeren bij voorbeeld van de functie van CIO (Chief Information Officer) zal ons toelaten om een informatie, technologie en data-strategie uit te zetten om ons bijgevolg beter te wapenen tegen de uitdagingen van dit informatietijdperk.
Het wordt ook alsmaar duidelijker dat de conflicten van de toekomst zich niet zullen beperken tot de klassieke domeinen Land, Zee en Lucht. Onze tegenstanders zetten volop in op de nieuwe domeinen zoals Cyber en Space. Het Cyber Command zal zich verder ontwikkelen als operationele dienst van Defensie maar ook ten dienste van de ganse natie. Wij willen ook steunen op de uitgebreide Belgische expertise in het Space domein om op termijn de Luchtcomponent te laten evolueren naar een Air and Space component.
La transformation se poursuivra donc en 2023 et les années à venir. Le défi reste énorme. Nous verrons dans les cinq prochaines années pas moins de 5000 militaires partir à la pension. C’est pourquoi nous continuerons à travailler sur deux axes, qui représentent autant de clés du succès.
La recapitalisation de notre bien le plus précieux, notre personnel, est le premier axe. Il faudra renforcer, consolider toutes les initiatives déjà entamées dans le cadre du plan POP (People our Priority). Je pense aux Rosettas, aux formations du 3ième degré du secondaire, à l’initiative Reboot 4 U et quelques autres. Nous sommes convaincus que la Défense a son rôle à jouer en tant qu’“Ecole de la Nation”. Avoir « la Défense » sur son CV doit devenir une référence de qualité reconnue.
Bien que nous ayons fait ces dernières années d’immenses efforts dans le domaine du recrutement et obtenus des résultats très probants, tant pour les militaires que pour les civils, la réalité nous force à constater que les spécialistes, les métiers en pénuries, les techniciens sont plus difficiles à recruter. La guerre des talents, the “war on talent”, fait rage et nous y sommes tous confrontés.
In een niet zo lang verleden konden we terugvallen op dienstplichtigen en gebruik maken van hun talenten in bepaalde specialiteiten. Vandaag investeren we des te meer in onze Reserve. Onze reservisten komen uit alle hoeken van de maatschappij en tonen een meerwaarde in vele domeinen van onze organisatie. Er moet nog werk gemaakt worden van een statuut waar zowel de reservist, de organisatie maar ook de werkgever, privé of publiek, baat bij heeft. De incentives om die vlotte wisselwerking en interactie te bereiken zijn er nog niet voldoende.
Samenwerking is de tweede as waar we op werken. Het is het DNA van onze organisatie, internationaal, interdepartementaal, met de industrie, met de academische wereld, met allerlei overheids- of andere organisaties. Ik dank trouwens de talrijke collega’s van de andere veiligheidsdiensten, alsook de voorzitters van de FOD’s voor hun aanwezigheid. Ik kan u meteen ook geruststellen, onze openheid en bereidheid om samen met jullie departementen te werken zal niet verminderen in 2023.
De samenwerking met de industrie zal een cruciale sleutelfactor voor succes worden. Het conflict in Oekraïne heeft ons laten inzien dat de technologische en industriële basis in Europa en ook in België verstevigd moet worden. De schaal van het conflict in Oekraïne is iets wat we sinds de Tweede Wereldoorlog niet meer gekend hebben in Europa. De hoeveelheid munitie die dagelijks verbruikt wordt is ongezien. In één of twee dagen wordt de maandelijks productiecapaciteit van vele bedrijven verbruikt. Het opvoeren van de industriële productiecapaciteit is dus noodzakelijk. Bovendien, indien u mij vraagt of België het aantal wapensystemen en de stocks heeft en plant te hebben om in een dergelijk conflict op te treden moet ik onomwonden neen zeggen. De eerste aanzet om dit aan te pakken is al gegeven. Het zal een voortgezette inspanning vragen over diverse legislaturen heen om deze oefening tot een goed einde te brengen. Het wordt een ultraloop, geen spurt.
Pour structurer, canaliser et nourrir cette coopération avec le secteur de l’industrie de Défense, nous avons accueilli avec enthousiasme l’approbation de la stratégie, DIRS, Defence, Industry and Research Strategy, dont l’objectif est justement de renforcer la base technologique et industrielle dans notre pays. Notre coopération avec l’industrie belge va s’amplifier et s’accompagnera d’un investissement et d’une coopération dans le domaine de la recherche et du développement. Il est essentiel de maintenir l’avantage technologique par rapport à d’autres compétiteurs ou adversaires sur le champ de bataille. Innover est une question d’état d’esprit naturellement mais cela fonctionne mieux si une structure est en place. Nous avons beaucoup d’atouts en Belgique, à nous de les exploiter.
Vous l’aurez compris Mesdames et Messieurs, les défis qui se présentent à nous sont immenses et l’ampleur du chantier donne le tournis. C’est un défi que nous assumons avec l’ensemble de notre personnel, qui réalise jour après jour des petits miracles. Nous comptons aussi le relever avec nos partenaires, avec et grâce à chacun d’entre vous. Ensemble, investissons dans une Défense plus robuste pour mieux protéger notre avenir et celui de nos enfants.
Onze strategische prioriteit blijft de transformatie van Defensie. Een geloofwaardige Belgische Defensie die voldoet aan de verwachtingen van haar bevolking en partners: steeds paraat, robuust, flexibel en betrouwbaar.
Een organisatie van mensen die ten dienste staat van mensen.
Mijn Beste wensen aan iedereen
Ik dank u voor uw aandacht.