Vorig jaar experimenteerde de Marine met een methode om bemanningen in quarantaine te plaatsen voor ze op missie vertrokken. Twee weken voor de missie blijft de bemanning in thuisisolatie. Voor zij aan boord gaan, wordt een coronatest afgenomen. Die methode bleek effectief: vandaag vaart onze Marine op volle toeren.

Nu ook het fregat F930 Leopold I vorige week vertrok voor een escortemissie in Zuid-Europa, zijn al onze operationele schepen uitgevaren.

Het commando- en logistieke ondersteuningsschip A960 Godetia heeft de Nederlandse staf van de Standing NATO Mine Countermeasures Group 1 aan boord genomen. Die SNMCMG 1 is de mijnenbestrijdingsvloot van de NAVO. Ze zetten nu koers richting Baltische Zee voor diverse missies en oefeningen met de landen die aan de Oostzee grenzen.

De mijnenjager M921 Lobelia maakt ook deel uit van dit NAVO-vlootverband en heeft al de gelegenheid gehad een aantal explosieven te neutraliseren tijdens de HODOPS-missie voor de Nederlandse kust. Dat staat voor historical ordnance operation, een operatie om zeemijnen en ontploffingstuigen uit beide wereldoorlogen op te sporen en te vernietigen.

De mijnenjagers M917 Crocus en M924 Primula varen met de Nederlandse mijnenjager M860 Schiedam ten voordele van de Nautische School (ENS) van het Competentiecentrum van de Marine in Brugge. De jonge leerlingen aan boord nemen deel aan een wintercampagne om de theoretische cursussen die zij hebben gekregen in de praktijk om te zetten.

Onze patrouilleschepen, P901 Castor en P902 Pollux, voeren dagelijks missies uit ten behoeve van de Marine en onze kustwachtpartners. Die missies worden gecoördineerd door het Maritiem Informatie Kruispunt (MIK), gevestigd in de Marinebasis in Zeebrugge.

Omdat de bemanning niet van de gebruikelijke rust tussen de verschillende opdrachten kan genieten, zijn die missies voor hen niet evident. Daarom hechten wij bijzonder veel belang aan het welzijn aan boord en danken wij de gezinnen voor hun steun aan onze zeelieden.