CaMo voorgesteld op Eurosatory

Van 13 tot 17 juni was het expositiepark Paris-Nord-Villepinte het decor voor de Eurosatory beurs. In het kader van dat salon voor professionelen uit Defensie- en veiligheidsdiensten werd het strategische partnerschap CaMo (Capacité Motorisée) voorgesteld aan het grote publiek. Het project is het resultaat van een overeenkomst tussen de Franse en Belgische regeringen uit 2018. In 2022 bevestigden beide partijen de samenwerking met het nieuwe ‘CaMo 2’ akkoord.

 

Eurosatory is een beurs voor professionele spelers uit de domeinen Defensie en veiligheid. Het is op dit moment de absolute wereldtop in zijn categorie en niet te missen voor professionelen uit deze sectoren vanuit de hele wereld.

 

Het strategisch partnerschap viel te ontdekken op de grootste stand van het evenement, die van het Franse Armée de Terre. Het Franse Directoraat Generaal Bewapening (DGA) en de Belgische DGMR werken heel nauw samen. Zo koopt het DGA de CaMo uitrusting aan voor, en in naam van, België. Een delegatie van ons Directoraat-Generaal Material Resources (DGMR) met luitenant-generaal Goetynck kon er de nieuwste aanwinsten van Defensie komen bewonderen: alle modellen van de toekomstige voertuigen van onze Landcomponent waren te zien tijdens het salon. De eerste Griffon voertuigen zullen vanaf 2025 bij Defensie in dienst genomen worden.

 

“We staan aan de vooravond van Fase 3 van ons project,” legt kolonel Simoen uit. Hij is de Belgische adjunct van de directeur van het CaMo-project. “We maken ons klaar om de eerste voertuigen te ontvangen. Onze landen werken samen op vlak van materiaal, maar ook wat betreft opleiding, training, doctrine, logistieke ondersteuning en studies omtrent infrastructuur.”

 

“Momenteel zijn er weinig echt zichtbare uitingen van het partnerschap, maar er wordt enorme vooruitgang geboekt. CaMo wordt nu stilaan in beide legers uitgerold.”

 

Ongeziene samenwerking

 

CaMo is dus veel meer dan een gewone aankoop van materiaal, wordt tijdens de beurs duidelijk. Op termijn moet het mogelijk zijn hele compagnieën en bataljons uit beide legers te mobiliseren en goed te laten samenwerken. “We praten dan over ‘native’ interoperabiliteit, een maximale wederzijdse integratie,” legt projectofficier kolonel Bastin uit. “De Belgische en Franse militaire politiek en visie op de wereld is grotendeels dezelfde. Net daarom gaat deze samenwerking zo ver, en kan misschien anderen inspireren.”

 

De commandant van het Franse Armée de Terre, generaal Pierre Schill, haalde in zijn toespraak ook ‘Scorpion’ (waarop CaMo gebaseerd is) aan als een ongezien project: “Samenwerking in de strijd wordt stilaan de norm. De oorlog in Oekraïne toont duidelijk aan over welke mogelijk beslissende capaciteiten we moeten beschikken of verwerven. Het is absoluut nodig opnieuw te investeren in de onderhoudsprogramma’s van het materiaal, in de modernisering van de operationele middelen en in operationele ondersteuning. Reactievermogen is de uitdaging voor iedereen.”

Jacques-Emmanuel De Boeck

Vincent Bordignon