De militairen ‘komen thuis’ in hun kazerne. Sodexo heropent namelijk de deuren van de volledig gerenoveerde keuken en cafetaria in de kazerne van Grobbendonk. Hiermee is voelbaar de start gegeven van een nieuwe samenwerking met Defensie in de kazernes van Grobbendonk en Bertrix.

Beide partijen tekenden een tienjarig contract ter waarde van 40 miljoen euro voor de uitbesteding van het contract voor de diensten van het integrated facility management in beide kazernes: catering, groenonderhoud, schoonmaak, ongediertebestrijding, beheer van techniek en gebouwen, winterdiensten, …

Het contract met Sodexo werd zes maanden geleden gegund. In de kazerne van Grobbendonk werden de keuken en eetruimte in nauwelijks vijf maanden opgeleverd. Sodexo werkt voor de inrichting van zijn militaire messes met het MilEATary-concept. Dat ontwierp het speciaal op maat van Defensie en geeft de klant een compleet nieuwe beleving. De militair die gaat eten in Elsenborn, in de Koninklijke Militaire School en nu ook in Bertrix en Grobbendonk zal in al die kwartieren dezelfde stijlelementen van dit nieuwe concept ervaren.

“We zetten heel sterk in op de beleving”, zegt Patrick Moerkerke van Sodexo. “Naast een voedzaam en gebalanceerd dieet — waarbij een middagmaal minstens 1.200 kilocalorieën bevat ­— is ook de sfeer enorm belangrijk. Dankzij de herinrichting van de cafetaria en het gevarieerder menu in Grobbendonk ligt de opkomst, ondanks het vele telewerken, nu al hoger dan de voorbije jaren. We willen bijdragen aan het thuisgevoel in de kazernes door er een aangename ontmoetingsplek van te maken waar je goed kan eten.”

“De infrastructuur van Defensie is vandaag veelal verouderd en verkeert in slechte staat”, zegt majoor Laurens De Strijcker, bureelchef Outsourcing. “Het beste moment om bomen te planten is altijd twintig jaar geleden. Dit neem niet weg dat we met deze nieuwe contracten aan een immense inhaalbeweging begonnen zijn waarmee we op structurele wijze oplossingen bieden op vlak van infrastructuur en de bijhorende technische installaties.”

Een goede dienstverlening verkrijgen, de kernactiviteit van Defensie versterken en een kostenbesparing realiseren ten opzichte van de huidige kost, dat is waar Defensie naar streeft met de FM-contracten.

Het facilitymanagement uitbesteden is een initiatief dat past in de Strategische Visie van Defensie. Het heeft als doel de uitstroom van personeel op te vangen door taken uit te besteden die geen militaire expertise of ervaring vereisen en efficiënter kunnen gebeuren via de civiele markt. “Bepaalde diensten kwamen onder druk te staan door een gebrek aan personeel. Zo was de mess op bepaalde dagen gesloten en was er geen bedeling van beddengoed voor het logement. Die diensten worden nu weer volledig en correct geleverd”, verduidelijkt majoor De Strijcker.

De outsourcing gebeurt stap voor stap en in functie van de evolutie van het personeel dat de taken nu uitvoert. Dit helpt bepaalde personeelstekorten in de organisatie op te vangen en zorgt dat er opnieuw militairen vrijkomen om specifiek militaire taken uit te voeren.

In 2017 won Sodexo een eerste contract bij Defensie, als cateraar bij de Koninklijke Militaire School. In de kazerne van Elsenborn verzorgt Sodexo sinds 2019 alle geïntegreerde facilitymanagement-diensten. In het takenpakket in Elsenborn zit o.a. ook de uitbating van de schietstand en de uitbating van de groendienst voor een terrein van 28 km².

Naast Grobbendonk en Bertrix is ook in de kazerne van Peutie het facilitymanagement uitbesteed, maar hier aan het consortium Engie Cofely – UMAMI – Laurenty. Majoor De Strijcker licht toe: “De hoeksteen van dit nieuwe soort van FM-contracten is het kwartier. Elk kwartier krijgt zijn eigen contract met één serviceprovider die permanent personeel ter plaatse heeft.  De betrokkenheid van het lokale militaire personeel en van de opdrachtnemer is nu veel groter dan in de oude stijl contracten die centraal werden afgesloten en vanuit Brussel beheerd. Taken worden dus op het laagst mogelijke niveau uitgevoerd waar dit goed en efficiënt kan. Ook de besluitvorming moet zo dicht mogelijk bij de klant plaatsvinden, tenzij een optreden op een hoger niveau voordelen zou bieden.”