Een nauwe samenwerking tussen 4 800 Europese wetenschappers, ingenieurs, technici en studenten leidde tot een nieuwe doorbraak in het onderzoek naar kernfusie. Een record van 59 megajoule aan energie uit fusiereacties werd gerealiseerd in de grootste fusiemachine ter wereld, de Joint European Torus (JET) in Culham in het Verenigd Koninkrijk. Het laboratorium voor plasmafysica van de Koninklijke Militaire School werkte voor ons land mee aan het experiment.

Deze baanbrekende resultaten vormen een erg indrukwekkende demonstratie van het potentieel van fusie-energie voor de toekomst. De recordhoeveelheid opgewekte fusie-energie van 59 Megajoule betekent meer dan een verdubbeling van het vorige record voor fusie-energie dat in 1997 werd behaald.

De prestatie is het resultaat van een jarenlange voorbereiding door de onderzoekers van het EUROfusion consortium dat het experiment uitvoerde. Jef Ongena, kernfysicus aan de Koninklijke Militaire School, werkte als Belgische wetenschapper mee aan dit veelbelovende project. Dit record toont aan dat men op de goede weg is naar de praktische realisatie van fusie-energie als energiebron.

ITER-project

Dit record is het resultaat van een speciaal daartoe opgezette experimentele campagne om de start van het internationale ITER-project optimaal voor te bereiden. Het ITER-project heeft als doel de wetenschappelijke en technologische haalbaarheid van fusie aantonen. In Frankrijk wordt momenteel de grootste toekomstige experimentele fusiemachine gebouwd. ITER is dus de grotere en meer geavanceerde versie van JET. Zeven grote wereldnaties werken hiervoor samen: China, de Europese Unie, India, Japan, Zuid-Korea, Rusland en de Verenigde Staten.

Dit succes is een belangrijke stap voorwaarts voor de realisatie van fusie-energie als een veilige, efficiënte en koolstofarme energiebron. Langzaam maar zeker komt een techniek tot stand die geheel of gedeeltelijk een oplossing moet bieden voor het dreigende energieprobleem en de daarmee verbonden ernstige milieuproblematiek.